Met een leuk assortiment aan vetplantjes fleur je direct een vensterbank of bureau op maar er is ook een specifiek vetplantje dat als veelzijdige bladgroente in gerechten terugkeert. Dat is postelein (Portulaca Oleracea). Je leest hier meer over deze supergezonde, smakelijke maar niet heel bekende groentesoort.

Postelein: vergeten bladgroente

Postelein is een relatief klein plantje met vlezige blaadjes en stengels. Dit plantje komt oorspronkelijk uit het Midden-Oosten maar is tegenwoordig in veel delen van de wereld te vinden. In warmere windstreken is het vaak een wilde plant maar postelein wordt eveneens geteeld. Ook op Nederlandse bodem keert deze bladgroente terug. Dan wel vaak onder glas, omdat de plant het beste gedijt bij hogere temperaturen.

Van oudsher is postelein in maaltijden gebruikt en werden aan deze plant ook tal van geneeskrachtige eigenschappen toeschreven. Tegenwoordig vind je postelein terug in het assortiment van onder meer biologische winkels en groenteboeren maar is het toch een relatief vergeten groente geworden. Dat is jammer, want niet alleen kun je postelein veelzijdig verwerken in je maaltijden, het is ook nog eens erg gezond.

Supergezond en heel smakelijk

Postelein heeft een prettig frisse, licht zure en iets scherpe smaak. Als rauwe groente is de textuur knapperig zo lang de postelein echt vers is. Naast smakelijk is de bladgroente vooral heel erg gezond. Postelein bevat meer ijzer dan spinazie, het is een bron van omega-3 vetzuren en zit bovendien boordevol antioxidanten. Ook vormt deze bladgroente een goede bron van vezels, vitamines en mineralen.

Postelein in maaltijden

Met uitzondering van de wortels zijn alle delen van het plantje eetbaar. Postelein kun je in heel diverse maaltijden gebruiken. Zo kun je het rauw verwerken in bijvoorbeeld salades of gebruiken als garnering. Je kunt de bladgroente eveneens koken of roerbakken. Daarnaast maak je met postelein heerlijke soepen, stoofpotten en stamppotten. Wanneer geen postelein eten? Tijdens de zwangerschap of bij een zwakke spijsvertering.

Verwerk je postelein rauw dan is het belangrijk echt verse postelein te gebruiken. Deze groente kan namelijk best een beetje taai worden als het te lang blijft liggen of als het te laat is geoogst. Kies je ervoor postelein te koken, houdt er dan rekening mee dat het aanzienlijk slinkt tijdens het bereiden. Van zo’n 400 tot 500 gram rauwe postelein blijft na het kookproces ongeveer 200 gram over.

Postelein kopen of zelf kweken

Postelein uit warme windstreken heeft vaak dikkere stengels en bladeren dan teelt van Nederlandse bodem. Kies in de winkel dan ook altijd een fris bosje uit dat niet te dicht opeengepakt is, want deze bladgroente kan relatief teer zijn. Eenmaal gekneusd komt dit de smaak en textuur niet ten goede. Postelein vind je in de groenteschappen van mei tot oktober.

Je kunt ook zelf postelein kweken, de groentezaadjes haal je bijvoorbeeld bij het tuincentrum. Gewone Groene is het postelein ras dat het meest geteeld wordt. Vergeet niet de voorliefde voor warmte. De plant gaat pas kiemen bij een bodemtemperatuur van 16 graden maar de voorkeurstemperatuur ligt hoger, zo rond de 20 tot 25 graden. Vaak kun je drie tot vijf weken na het zaaien van postelein al beginnen met oogsten.